Tijdens mijn politieke carrière als Eerste Kamerlid (1999-2007) was ik een van de eerste politici die in 2004 een eigen - tamelijk primitief - weblog begon. Eerst vooral vanwege mijn politieke activiteiten/meningen, maar in de loop der tijd steeds meer over mijn publicaties en publieke optredens als journalist en publicist. Zo werd het weblog een etalage voor iedereen die op hoogte wilde blijven van mijn gepubliceerde artikelen en columns, van gebeurtenissen waar ik bij ben geweest, van observaties die ik doe, van meningen die in mij opwellen, of van andere persoonlijke wetenswaardigheden.
Het is geen dagboek, maar wel een soort maandboek geworden, waar ik zelf regelmatig in terug blader om nog even na te gaan hoe het ook al weer zat.
Gisteren sprak ik op het Divosa-najaarscongres. Een interessant congres met boeiende bijdragen van Renë Paas, Han Noten, Nellke Vedelaar, Chris Sigaloff en Jan Rotmans. Er is nu al een verslag beschikbaar. Klik daarvoor hier of op bovenstaande banner. Hieronder mijn bijdrage. Wilje de powerpoint zien, Klik dan op de afbeelding hieronder.
nov27
Nieuwe reeks OMOOC colleges, nr. 1 Wouter Hart
Nieuwe serie colleges van OMOOC, waar ik vorig jaar ook een college mocht geven. College 1: Wouter Hart | Werken aan waar het werkelijk om gaat | Omooc: Werken vanuit de bedoeling
nov26
3D-trends
Het is bijna een jaar geleden dat de 3 decentralisaties een feit werden. Tijd om de balans op te maken, denkt iedereen. Ik ben daar eigenlijk niet zo'n voorstander van. We organiseren als het goed is diversiteit, dus dan is het onmogelijk om met een omvattend oordeel te komen. Dat is precies de tragiek van de monitoren, de enquêtes, die alles weer op een hoop gooien om tot een rapportcijfer te komen. 'Hou daar mee op', zei de voorzitter van de Transitiecommissie Han Noten vanochtend in een prachtig verhaal op het Divosa-najaarscongres. 'Het is klets. We moeten af van de dictatuur van het gemiddelde.'
Maar goed, dat gezegd hebbende, zijn er natuurlijk wel trends te zien. Er zijn ook zorgelijke tendensen, namelijk dat het proces stokt in organisatorische doelen, in het voor elkaar krijgen van organogrammen, detacheringsovereenkomsten en inkoopverordeningen. Toegegeven, dat is zeker een hele klus, maar het zijn allemaal aanzetten om iets fundamentelers te bereiken. Het grote risico is dat dat grotere doel in alle drukte van alledag uit het oog verloren wordt. Dat is wat dit schema (wat ik inmiddels op een paar plaatsen in het land bij VNG- en Divosa-congressen heb vertoond) probeert te zeggen. Ik denk dat iedereen die op het sociaal domein is betrokken wel weet wat met al deze steekwoorden wordt bedoeld.
Vanmiddag was ik bij IDFA bij een van de film The Chinese Mayor die visionair publicist en politicoloog Benjamin Barber heeft geselecteerd voor het documentaire festival. Barber schreef er twintig jaar geleden een boek dat pas na 9/11 wereldwijd in de belangstelling kwam en dat dit jaar uitgangspunt vormt voor het themaprogramma: Jihad vs. McWorld 2015. The Chinese Mayor was een van de films die hij had uitgekozen. In de film stort de communistische burgemeester Yanbo Geng van de Chinese stad Datong zich met ziel en zaligheid op zijn droomproject: restauratie en reconstructie. Voor het herbouwen van een gigantische muur om het historisch hart en de oude cultuur te herstellen stellen moeten een half mijoen mensen wijken. En uiteindelijk ook de burgemeester zelf.
De communistische burgemeester Yanbo Geng van de Chinese stad Datong heeft zich met zijn ziel en zaligheid gestort op een droomproject: restauratie en reconstructie... - See more at: https://www.idfa.nl/nl/tags/project.aspx?id=6D6CA515-5FC8-42AE-AFA2-2ABD0503964A&tab=idfa#sthash.2VnQR698.dpuf
In Jihad vs. McWorld beschrijft Barber de elkaar versterkende tendensen van globalisering en tribalisering. Ook voorspelde de Amerikaanse auteur al een aantal ingrijpende gebeurtenissen. Dit jaar wordt, ter ere van de twintigste verjaardag van het boek, een nieuwe editie uitgegeven, met als subtitel ISIS on the Internet. Twee jaar geleden verscheen als verdere uitwerking en vervolg van zijn hand If Mayors Ruled the World, waarin hij in de nabije toekomst een belangrijke rol voor steden en burgemeesters ziet bij het besturen van de wereld. Vanwege zijn scherpe blik op de wereld is Barber een veel geraadpleegd man. Hij was onder andere politiek adviseur van president Bill Clinton. Nu werkt hij met verschillende burgemeesters wereldwijd aan The Global Parliament of Mayors Project. Vanmiddag liet hij weten dat de eerste bijeenkomst van dit burgemeestersparlement volgend jaar herfst wel eens in Nederland gehouden zou kunnen worden.
In april 2013 schreef ik over dit laatste boek van Barber in De Groene Amsterdammer het essay: 'De stad als branieschopper'.
Barber selecteerde documentaires uit het IDFA-programma, waarin actuele thema’s als globalisering, terrorisme, de politiek van de angst, vluchtelingen, populisme en economische ongelijkheid aan bod komen. De films reflecteren op zijn eigen geschreven werk, waarin het functioneren van de democratie een rode draad vormt. Rondom de filmselectie vinden steeds nagesprekken plaats in De Kleine Komedie met Barber en filmmakers onder leiding van vaste gespreksleider Chris Kijne - Kijk voor meer informatie hier.
nov20
#13 Nabij is beter: Rijk verhindert maatwerk
Wil je de hele aflevering lezen? Klik hier of op de afbeelding.
nov18
Aanrader! Verschijnt morgen.
Flexibilisering van de arbeidsmarkt is goed voor de economie, de staatsschuld is te hoog en bezuinigingen helpen tegen de crisis. Zeggen ze. Politici en beleidsmakers simplificeren de werking van de economie tot wat hun goed uitkomt. Rendementsdenken staat voorop.
Mirjam de Rijk ontrafelt de belangrijkste economische mythes van dit moment: over werk en werkloosheid, de crisis, de markt en de overheid. Hoe onbetaalbaar is de zorg nou echt? Zijn de loonkosten inderdaad te hoog? Is de crisis werkelijk voorbij?
Mirjam de Rijk laat zien dat je op een andere manier naar de economie kunt kijken en levert met dit boek een bijdrage aan de agenda voor onder meer het gezonder maken van de financiële sector, de aanpak van ongelijkheid en het werkelijk creëren van banen.
51 mythes over wat goed zou zijn voor de economie is het perfecte boek om meer greep te krijgen op de belangrijkste economische en sociale kwesties van deze tijd. Klik hier of op de afbeelding voor meer informatie.
Vanaf midden 2014 maakte ik deel uit van een vier mensen tellend bewonerscomité dat als taak had bewonersinitiatieven in het Oostelijk Havengebeid en de Indische Buurt te beoordelen in het kader van het verbeteren van de wijkzorg en dan vooral de informele kant daarvan. Er was door de centrale stad € 100.000,- beschikbaar, en het idee was dat dit een proeftuin zou worden om na te gaan hoe bewoners elkaar konden stimuleren om een rol te nemen in de nieuwe organisatie van de wijkzorg. Meer dan een jaar later zijn we zo'n veertig aanvragen verder, is er € 90.000,- toegekend en maakt de commissie aan de hand van een film en een gesprek de balans op. Kunnen bewoners zelf beslissen over vernieuwende zorginitiatieven? Lees hier het evaluatierapportje van de commissie.
Merel Visscher, journalist van het Limburgs Dagblad, was een half jaar kind aan huis in de Kasteel Rimburglaan in Maastricht, een gewone straat in wat een aantal jaren geleden tot een Vogelaarwijk werd gedoopt. Dat leverde acht verhalen op in Dagblad De Limburger en het Limburgs Dagblad. Over armoede, samenleven van verschillende culturen,problemen met instanties, maar een opvallend grote onderlinge rechtvaardigheid. In een apart boekje zijn de verhalen gebundeld. Ik mocht er een epiloog bij schrijven, waarvan hieronder een deel te lezen is.
De Rijkdom van de Kasteel Rimburglaan
Mensen in volksbuurten wonen niet in droevige cijfers, niet in treeurigstemmende statistieken en niet tussen beleidsmakers. Natuurlijk weten ze dat het leven niet altijd even gemakkelijk is, dat het werk niet altijd voor het oprapen heeft gelegen, dat de gezondheid tegen kan zitten, maar dat is niet waar ze hun eigenwaarde aan ontlenen. Waar ze dat wel aan doen, valt op te maken uit de verhalen die Merel Visscher het afgelopen jaar voor het Limburgs Dagblad ophaalde in de Kasteel Rimburglaan in de Maastrichtse volkswijk Nazareth, deel uitmakend van de vogelaarwijk Maastricht Noord-Oost.
(…)
De reis die Merel Visscher langs de deuren van de Kasteel Rimburglaan heeft gemaakt is een ervaring die je elke beleidsmaker toe zou moeten wensen. Ga kijken en zie de bijna onzichtbare gebaren van onderlinge solidariteit, ontdek de kleine informele netwerkjes waarmee mensen elkaar helpen, vaak zonder er veel woorden aan vuil te maken. Loop mee met het uitlaten van de honden en hoor bij de ontmoetingen op de stoep de sociale babbels. Luister naar de geschiedenissen van mensen, die in de mijnen hebben gewerkt of als taxichauffeur hebben geploeterd en van de ene op de andere dag niet meer nodig waren of versleten waren. Stel je de straat voor terwijl de bomen er nog zouden staan die een aantal jaren geleden zijn verwijderd, zonder dat er wat voor in de plaats kwam. Roep de wekelijkse stroom vanuit de straat in herinnering naar de kerk die niet lang geleden tegen de vlakte is gegaan. Ga midden in de straat staan en bedenk welke veranderingen daar de laatste dertig jaar hebben huisgehouden.
Dat is wat Merel Visscher heeft gedaan. Het resultaat is een fraai portret van deze straat, waar menig socioloog jaloers op zal zijn. Ze laat ons proeven aan een werkelijkheid die de cijfers en statistieken ons nooit kunnen vertellen. Ze laat fiere mensen aan het woord die gekrenkt zijn door de grote veranderingen in de wereld die hen het gevoel heeft gegeven dat ze aan de verkeerde kant van de streep terecht zijn gekomen.
(…)
Als ze dan ergens op moeten vertrouwen dan doen ze dat als puntje bij paaltje komt liever op elkaar. ‘Ik roep al heel lang’, vertelt Petra, ‘dat de beste mensen die armen kunnen helpen de armen zelf zijn. kijk de andere mensen kunnen wel bedenken wat je nodig hebt, maar iemand die in hetzelfde schuitje weet dat het best. Die kijkt niet op als je nog een boterham nodig hebt, of een pak melk. Dat gaat heel subtiel.’ Of zoals de oude Lei het zegt: ‘Ik denk dat een arme iets beter kan missen dan een rijke.’
Zo werpen de opgetekende verhalen van de bewoners van de Kasteel Rimburglaan een ander licht op de rode cijfers. Ze vertellen dat het leven niet eenvoudig is, maar ze laten ook zien dat mensen niet bij de pakken neer zitten, dat ze hun eigen trots hebben, dat ze elkaar vinden als het nodig is. Het is zonder meer de verdienste van Merel Visscher dat na lezing van haar reportages de lezer zich afvraagt wat er zou gebeuren als die eigenschappen van bewoners nu eens niet een onbekende zouden blijven voor beleidsmakers, maar het vertrekpunt van hun goede bedoelingen zouden vormen. Wat gebeurt er eigenlijk als deze bewoners echt ruimte en de mogelijkheden zouden krijgen om zelf en met elkaar dingen te bedenken over hun woningen, hun werk, hun levens? Wat zou er mogelijk zin als de bewoners van de Kasteel Rimburglaan niet aangesproken worden op hun armoede, maar op hun rijkdom?
Het boekje (60 pagina's, fraai geïllustreerd) kost € 7,95 en is te bestellen via de webshop Mooi Limburgs.
nov6
3 zonnepanelen gekocht op metrostation. Jij ook?
PARTICIPEER IN ZONSTATION #1:
Amsterdam staat aan de vooravond van een energietransitie. Van vieze energie naar schone. Amsterdam heeft honderden publieke daken, laten we daar ZonStations van maken. Amsterdam Energie, een coöperatie, heeft met het GVB het initiatief genomen voor ZonStation #1, een collectief zonnedak op metrostation Reigersbos, van 315 panelen. Ik heb me vandaag voor 3 panelen (à € 350) ingeschreven. Doe mee. Investeer in een schone stad: participeer in ZonStation1 en oogst je eigen energie. Goed voor jezelf, goed voor de stad, goed voor de planeet.
Klik op de afbeelding voor meer informatie over Amsterdam Energie.
Klik voor de gehele tekst hier of op de afbeelding.
nov5
Voorwoord 'De bezielde corporatie'
VOORWOORD
Daags nadat mij het verzoek bereikte om voor dit boek een voorwoord te schrijven, benaderde ik een woningcorporatie met de vraag een geplande huisuitzetting van iemand met een forse huurschuld uit te stellen. Het betrof een vrouw, een failliete zzp-ster, met een ingewikkeld schuldenverhaal, maar samen met mensen van een sociaal wijkteam en met steun van de gemeente waren we bezig om een doorbraak te realiseren in haar uitzichtloze situatie. Het antwoord was nee. Uitstel kon alleen als er een spijkerharde garantie kwam dat de huurschuld betaald zou worden en de huur in de toekomst gegarandeerd. Die konden we nu niet geven, maar over een maand waarschijnlijk wel, zeiden we. Zoveel geduld kon de corporatie niet meer opbrengen. Er was al genoeg clementie getoond, het vertrouwen in ‘deze mevrouw’ was verdwenen.
Ik sluit niet uit dat als het betreffende hoofd van de afdeling voor dit boekje was geïnterviewd dat hij veel blijmoedige gedachten met ons had gedeeld over ‘met mensen werken’, ‘terug naar de bedoeling’ en ‘dienstbaarheid betonen’. Er wil nog wel eens een kloof gapen tussen wat mensen zeggen en hoe mensen handelen, zeker als ze binnen een financieel systeem van rigide regels functioneren. Dat is ook precies de spanning waaruit dit boek is geboren. In twaalf interviews gaan Dieneke van Dijken en Harry Vlaar op zoek naar wat betrokken medewerkers van corporaties nu echt drijft, waar ze een warm gevoel voor krijgen.
Hun timing is perfect. Het boek verschijnt op een moment in de geschiedenis van de volkshuisvesting waarin de corporaties zichzelf opnieuw moeten uitvinden. De tijd van grote gebaren en megalomane projecten is voorbij, de politiek heeft de corporaties verordonneerd terug te keren naar waar het ooit allemaal om begonnen was: woningen bouwen en beheren voor mensen met een krappe beurs of kwetsbaar bestaan.
Dat deze oud-nieuwe opgave meer betekent dan het sluiten van de afdeling projectontwikkeling, bewijst dit boek. De uitdaging gaat veel verder: het is het teruggeven van de corporatie aan de mensen, het is het bouwen aan gemeenschappen en het perspectief bieden aan de meest kwetsbaren. Wonen is daarbij niet langer louter een consumptiegoed, dat de huurder (lange tijd niet onschuldig aangeduid als klant of woonconsument) tegen betaling in ontvangst neemt. Nee, wonen moet weer gezien worden als een activiteit, waarin mensen hun bestaan en hun sociale omgeving mee vormgeven en waarin ze verantwoordelijkheden met elkaar delen. De bezielde corporatie van de toekomst zoekt in dat proces een nieuwe rol van betekenis.
Uit de twaalf interviews komen behartenswaardige lessen tevoorschijn. Ik ben zo vrij om daar bij voorbaat er twee aan toe te voegen. Want bezieling betekent ook accepteren dat er iets mis kan gaan. Dat vertrouwen beschaamd kan worden. Bezieling zonder risico is een praatje voor de vaak. En bezieling vraagt om uitzonderlijk handelen bij mensen die een chronisch vermogen hebben om zich problemen op de hals te halen. Als de corporatie die wij benaderden iets van deze bezieling in haar DNA had opgeslagen, had de vrouw in kwestie in ieder geval hoop op herstel van een normaal leven kunnen ontwikkelen. Nu ze tot de maatschappelijke opvang is veroordeeld is ze onnodig op achterstand gezet en is de maatschappij met vermijdbare kosten opgezadeld. Een bezielde corporatie wil dat niet op haar geweten hebben.