Tijdens mijn politieke carrière als Eerste Kamerlid (1999-2007) was ik een van de eerste politici die in 2004 een eigen - tamelijk primitief - weblog begon. Eerst vooral vanwege mijn politieke activiteiten/meningen, maar in de loop der tijd steeds meer over mijn publicaties en publieke optredens als journalist en publicist. Zo werd het weblog een etalage voor iedereen die op hoogte wilde blijven van mijn gepubliceerde artikelen en columns, van gebeurtenissen waar ik bij ben geweest, van observaties die ik doe, van meningen die in mij opwellen, of van andere persoonlijke wetenswaardigheden.
Het is geen dagboek, maar wel een soort maandboek geworden, waar ik zelf regelmatig in terug blader om nog even na te gaan hoe het ook al weer zat.
Campaign "Let’s Do It!" - a grassroot initiative to clean up the country from illegal waste in just one day. There was over 10 000 tons of illegal waste lying around all over Estonia and it was an outrageous plan -- to clean it all up on one day! On May 3, 2008 with help of 50 000 volunteers more than 10 000 tons of garbage gathered and Estonia was cleaned up from illegal waste. The results of the action in Estonia: • 22,5 million euros worth of work was done with the cost of 0.5 million euros; • The State Forest Management Centre states: since 2008, waste dumping problem has decreased 75%; • 10 000 tons of garbage collected from the nature and public areas, put into proper waste handling process; • 40% of the garbage recycled - a record in Estonia. Join to World Cleanup 2012! Now it’s time to bring together all people in different countries to turn things around for the better. We are inviting active people and organizations to join all of our forces in World Cleanup 2012!
In Nederland vindt de Keep It Clean Day plaats op 21 september, als onderdeel van de World Clean UP 2012. Een ’grass roots’ initiatief om de aarde op te ruimen.
mei27
Reactie 3: Martijn de Waal (Social Cities)
Ik geloof niet dat wij elkaar wel eens ontmoet hebben, maar las vandaag met veel interesse je artikel in Trouw (zie ook de column ’Do it yourselves’,in dit weblog op 26 mei, JvdL). Je invalshoek ligt enigszins in het verlengde van een publicatie en een conferentie die ik samen met Michiel de Lange en het virtueel platform heb geinitieerd. Al leggen wij daarbij de focus vooral op de rol van nieuwe media als tool die de organisatie van ’publieken’ rond gedeelde resources mogelijk maken (bv door reputatiesystemen en het zichtbaar maken van individuele contributies / gebruik van gedeelde resources). Publicatie: http://www.themobilecity.nl/2012/02/15/panel-future-cities-designing-for-ownership-sep-14-picnic-amsterdam/
Mijn introductie van het thema op de conferentie (video):YouTube (zie ook hieronder)
Onze benadering van ’ownership’ is nog niet helemaal uitgekristalliseerd, het is deels nog work in progress, maar dacht dat je het misschien interessant zou vinden.
Hartelijke groet Martijn de Waal
The Social Cities of Tomorrow conference was held on the 17th of February 2012 in Amsterdam. Organised by Virtueel Platform. Film by Ward ten Voorde. www.socialcitiesoftomorrow.nl.
Interessante stellingname en een leuk artikel. Ben benieuwd naar jullie boek. (Jammer dat je in de paragraaf over "in de jaren zeventig/tachtig" niets zegt over de wereldwijde overproductie en het voortgaande economische paradignma van groei en winstjag als reden voor de crisis).
Je vroeg om voorbeelden en tips voor jullie boek. De organisatie ASEED (www.aseed.net) houdt zich onder andere bezig met het begrip voedselsouvereiniteit. Dat heeft betrekking op rechten voor (kleine) voedselproducenten, -distributeurs en consumenten, op behoud van biodiversiteit en op het verkrijgen van gelijkwaardige sociale relaties. Het gaat uit van een alternatief voor het huidige industriële voedsel- en landbouwsyteem. In die zin houdt het zich bezig met de common goods.
In mijn reactie op de website, geef ik een paar voorbeelden van 'Do it yourselves'-initiatieven die te maken hebben met voedselsouvereiniteit. Zoals de Pergola's (telers/boeren en consumenten bepalen samen het teeltplan; de consumenten leggen geld in en krijgen hun deel van de oogst), de Agarische Natuurvereniging van streekproducenten (leveren aan lokale horeca en consumenten, niet aan supermarkten) en de (Vers)voedselcooperaties (consumenten kopen gezamenlijk ecologisch en sociaal verantwoord (vers) voedsel in).
Met vriendelijke groet, Rob Bleijerveld ASEED Europa (Amsterdam
mei27
Reactie 1: Gerard Ringenaldus (duurzame energie)
Heb met veel interesse uw artikel in Trouw gelezen. Natuurlijk is de huidige crisis een extra argument, zeker met de wetenschap dat er nog veel meer ergsť komt. De bweging die u beschrijft is echter al eerder mee begonnen, zoals uit bijgaande info zal blijken. Bovendien geven bijvoorbeeld eigen energievoorziening gemeenten financiële ruimte voor openbare voorzieningen. Het voorbeeld Gussing (zie hieronder) geeft dit perfect weer(na 9 minunten inleiding, wordt de video echt interesant). Wat tips betreft, heb ik hieronder nog enige informatie verzameld met als gedachte er achter dat wat reeds bestaat niet opnieuw uitgevonden hoeft te worden. Het gaat er om, welk landschap voorhanden is, b.v. in het voorbeeld van Gussing, dit stadje legt, gezien de vele bossen erom heen, de nadruk op gebruik van afval/hout/biomassa voor biogas en wordt dit onder meer aangevuld met zonne-energie en hergebruik van warmte. In een gebied met veel veeteelt zou diverse biogas uit soorten mest voorop staan. met aanvulling van wind- en zonne-energie b.v. Deze video over Gussing geeft al vele antwoorden.
Ik las zojuist je artikel op Trouw.nl over sociale vraagstukken en het aanjagende effect van de crisis op nieuwe eigenaarschap. Mooi! Deel volledig dat eigenaarschap en kracht van collectiviteit ingrediënten zijn om het heft in eigen hand te nemen. ..en daarmee de angst te verminderen die vaak onbewust leeft en leidt tot machteloosheid, onverschilligheid, apathie. En ik ben betrokken bij een mooi voorbeeld! Waarin we het ' ware nieuwe werken' live meemaken. Paradoxaal vraagt het de moed om los te laten : ) De Keep It Clean Day, die op 21 september in Nederland plaatsvindt, als onderdeel van de World Clean UP 2012. Een 'grass roots' initiatief om de aarde op te ruimen. In de periode van 24 maart tot 25 september doen 94 landen mee, elk door op 1 dag met heel veel mensen het zwerfvuil op te ruimen. Je vindt alle info op: www.keepitcleanday.nl en www.letsdoitworld.org.
Leuk om er mee over te delen, ik hoor graag of je interesse hebt,
Hartelijke groet, Caroline van der Post
mei27
Reactie 5: Margot Reesink (speelplaats)
Daarnet las ik op de website van Trouw uw artikel over consumenten die het 'allemaal zelf gaan doen' - en vaak beter dan de instituties het nog kunnen. Ik vond het een mooi en enthousiasmerend stuk over een onderwerp dat me na aan het hart gaat en ik zou graag als meelezer aan uw nieuwe boek meewerken. Sinds enkele maanden werk ik hier in Beverwijk mee aan de aanleg van een openbare speelplaats in een 'aandachtswijk', waar we, onder begeleiding van community-bouwer Aura de Klyn ook de vorming van een betrokken groep bewoners bij hopen te kunnen stimuleren. Hier vindt u een link naar een persbericht over het hele project.
Met vriendelijke groet, Margot Reesink
mei25
Column Aedes Magazine
Haags leed
Er deugde van alles niet aan het vorige kabinet. Daarom waren de nieuwe Kunduz-partners er als de kippen bij om allerlei rampspoed te keren. Bezuinigingen op het passend onderwijs, het persoonsgebonden budget en de natuur – streep erdoor. Btw-verhoging voor de podiumkunsten – weg ermee. Dat alles werd in 24 uur van tafel geveegd. Tot grote opluchting van een hoop kwetsbare mensen in Nederland. Over een groep hoorde je echter niemand – de bewoners van onze aandachtswijken. Ook een groep waar het gevallen kabinet weinig mee op had, getuige de voortvarendheid waarmee het de wijkenaanpak om zeep heeft geholpen. Maar kennelijk is het leed in probleemwijken minder erg dan dat van pgb-houders, zwakbegaafde leerlingen of podiumkunstenaars..
Vreemd blijft het echter wel. In vijf jaar tijd zijn onze probleemwijken van nationale politieke prioriteit naar de beleidsmatige marge verbannen. Weliswaar zijn er in 2007 met veel trompetgeschal per wijk tienjarencontracten getekend, met handtekeningen van maar liefst zes ministers eronder, maar halverwege de contracttermijn blijken de Haagse handtekeningen bitter weinig waard te zijn. Bij de eerste de beste tegenwind bleek de nationale wijkenaanpak een broos luchtkasteel, dat vooral als een PvdA-speeltje werd gezien. Het gekrenkte CDA nam bij de kabinetsformatie in 2010 dan ook meedogenloos wraak. Het verantwoordelijke ministerie werd geschrapt en de wijkenaanpak verdween nagenoeg van de politieke kaart. Dat gebeurde opmerkelijk geruisloos.
In die sfeer was het ook bijna logisch dat niemand aan de Kunduz-tafel het opnam voor de honderdduizenden die in onze probleemwijken dagelijks moeten overleven. Niemand uit de Kunduz-gelederen voelde zich geroepen om de zogenaamde verhuurdersheffing, die in het Catshuis-akkoord al een jaar naar voren was gehaald, terug te draaien. Opbrengst: 450 miljoen. Mooi meegenomen voor de kwakkelende begroting, maar hoe je het ook wendt of keert: het is wel geld dat niet in probleemwijken geďnvesteerd kan worden. Dat is wrang. Want dat Den Haag zichzelf ontslaat van de verplichtingen die ze in 2007 is aangegaan, daarvan kan je nog zeggen: ach, het stelde toch al weinig voor. Maar dat Den Haag vervolgens een forse extra rekening stuurt naar partijen die wel substantieel werk maken van hun verplichtingen richting bewoners is ronduit onbehoorlijk. Zeker als de dames en heren politici er ook nog eens geen woord aan vuil wensen te maken.
Deze column is deze maand verschenen in Aedes Magazine, nr. 5/2012.
mei21
Aanrader: De Woonschool van Christel Jansen
Er zijn niet zo heel veel boeken waarin de geschiedenis van het sociaal werk op een verbeeldende wijze is gedocumenteerd. Ja, er zijn historische studies, grotendeels gebaseerd op archief onderzoek; er zijn ook oude documenten van hoofdpersonen, rapporten van gemeentelijke instanties, maar boeken die echt tot de verbeelding spreken ontbreken. Nagenoeg, want het prachtige documentaireboek Het pauperparadijs van Suzanna Jansen leek daar verandering in te brengen. Eindelijk een boek waarin literaire kwaliteiten worden aangewend om de geschiedenis te laten spreken. Maar daarna bleef het toch stil.
Die stilte is nu doorbroken door een prachtig boek: De Woonschool van Christel Jansen. Het is, zoals de ondertitel ook meldt, het verhaal van een meisje dat opgroeide tussen zwakbegaafden en ‘asocialen’. Jansen neemt de lezer mee naar de wereld van de Haarlemse Parkwijk, waar in 1960 in het kader van de onmaatschappelijkheidsbestrijding een van de zes naoorlogse Woonschool-experimenten startte. Zo’n zestig asociale gezinnen werden in een aparte wijk rondom vier pleintjes bijeengebracht, waarbij op elke hoek een kantoortje is voor het maatschappelijk werk dat tot taak heeft deze gezinnen tot een normaal bestaan te verheffen.
Dat wordt een totale mislukking. Christel Jansen laat aan de hand van het verhaal van Suus Jonkers (wel een echte persoon, niet de echte naam) zien waarom. Parkwijkers worden niet alleen door iedereen met de nek aangekeken, maar creëren met elkaar een even solidaire als meedogenloze wereld. De moeder van Suus is een soort mevrouw Tokkie, die vooral uitblinkt in zelfmedelijden. Er wordt volop geslagen, gedronken, verkracht, maar wie een vinger naar de buurt uitsteekt krijgt de volle laag.
Het maatschappelijk werk krijgt daar totaal geen greep op. Christel Jansen laat dat zien door uitvoerig de twijfels in beeld te brengen van Herman Radema, de leider van het experiment. Hij ziet steeds duidelijker dat het niet werkt, dat het eigenlijk een schande is. Uiteindelijk stopt de regering in 1969 het experiment, maar moeten halverwege de jaren negentig de sloophamers er aan te pas komen om deze asociale buurt van de kaart te vegen. De ellende van deze ‘multiprobleem gezinnen’ heeft dan inmiddels meerdere generaties getekend. Alleen Suus is er aan ontsnapt.
De Woonschool is een boek dat verplichte literatuur moet worden in de opleiding van het maatschappelijk werk. Het is indringend geschreven, waarbij dan weer Suus Jonkers in de ik-vorm vertelt, dan weer voor een wat afstandelijker vertelperspectief wordt gekozen. Zo wordt de lezer in de rauwe werkelijkheid van de Parkwijk getrokken, waar permanent geldgebrek en altijd op de loer liggend geweld de boventoon voeren, maar waar – hoe onbegrijpelijk soms ook – de onderlinge familieband (`apenliefde’) bijna onbreekbaar is.
Bij woonscholen denken we tegenwoordig toch aan de vooroorlogse woonscholen, zoals in Amsterdam het Zeeburgerdorp en het Asterdorp in Noord. Wie dit boek leest realiseert zich ineens dat die geschiedenis helemaal niet zo ver achter ons ligt. Nog schokkender is wellicht dat het boek op meerdere momenten laat zien dat de problemen die wij nu vaak tegenkomen in de aanpak van multiprobleemgezinnen (te veel vergaderen over, te weinig er zijn voor) eigenlijk ook al in de Parkwijk in Haarlem zichtbaar waren. Wat hebben we er eigenlijk van geleerd?
Zie ook het venster in de Canon sociaal werk over de woonscholen.
mei17
Trustbijeenkomsten in Amsterdam
mei17
Even Apart over Veiligheid
mei17
Gabriël van den Brink over NL en het hogere
mei15
Doe-het-zelf-samenleven (3)
Terug naar de tijd van gilden, gemeenschappelijke weiden, en de plaatselijke co-op supermarkt? Nu de verzorgingsstaat onbetaalbaar is geworden en de commerciële markt is dolgedraaid, grijpen burgers terug op elkaar, in gemeenschappelijke initiatieven zoals we die weliswaar al eeuwen kennen, maar die we lijken te zijn vergeten. Er komt, nu we tegen de grenzen van markt en staat oplopen, steeds meer aandacht voor 'collectieve actie' als alternatief. De Verenigde Naties riepen het jaar 2012 zelf uit tot het Jaar van de Coöperatie.
In deze derde aflevering aandacht voor het Broodfonds. Ruim tweederde van alle zzp'ers, zelfstandigen zonder personeel, heeft zich niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. De verzekeringen zijn duur omdat zzp'ers zich niet bij een collectieve regeling aan kunnen sluiten van een werkgever en dus zich individueel moeten verzekeren, en vaak zijn zzp'ers er ook niet zo mee bezig. Maar ook een schilder kan een been breken, en een muisarm kan een architect maandenlang inkomsten kosten. Het Broodfonds wil een oplossing zijn voor kleine zelfstandigen, die op zoek zijn naar betaalbare zekerheid. Het werkt als volgt. Elke maand zetten de deelnemende zzp'ers een bedrag op een rekening. Wanneer één van hen arbeidsongeschikt raakt, doen de deelnemers in het fonds vanaf al die rekeningen kleine schenkingen aan elkaar. Op deze manier zorgen zij er gezamenlijk voor dat een zieke ZZP'er in ieder geval toch een inkomen heeft. De Belastingdienst heeft geen problemen met deze regeling, en de 'schenkkring' die zo ontstaat is een stuk goedkoper dan een reguliere arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov).
De regels zijn helder en simpel. Er wordt uitgekeerd voor maximaal 2 jaar. Dat is toereikend voor 93 van de 100 schadegevallen. De overgebleven 7 procent is langer dan twee jaar arbeidsongeschikt, en zal na de twee jaar broodfondsschenkingen een andere oplossing moeten zoeken, bijvoorbeeld een aanvullende verzekering of de bijstand. 'Maar', zegt Broodfondsmaker André Jonkers die opstartende fondsen begeleidt, 'je kunt je afvragen wat er van een bedrijfje over is na twee jaar ziekte.' Elke groep bepaalt zelf wanneer zieke zzp'ers recht krijgen op schenkingen. Dat kan na twee weken ziekte zijn, maar ook pas na een maand. De gedachte is dat de sociale controle en gedeelde verantwoordelijkheid binnen een broodfonds voorkomt dat deelnemers misbruik gaan maken van de schenkingsregeling.
Jonkers geeft toe dat het in de opstartfase lastig is om meerdere zieken op te vangen, omdat er dan simpelweg nog niet genoeg geld in de kas zit. Maar het fonds dat hij samen met Biba Schoenmaker en Haiko Liefmann in 2006 opzette, onder de naam 'Solidair', beschikt inmiddels over zo'n 60.000 euro. Dat is volgens Jonkers genoeg om zes ŕ zeven zieken tegelijk maximaal twee jaar van te onderhouden. Kritiek op het concept houdt zzp'ers niet tegen om ook fondsen te vormen. Inmiddels draaien acht fondsen en er komen steeds meer bij. De Broodfondsmakers hopen aan het einde van dit jaar de twintig te halen.
Volgens cultuurpsycholoog Jos van der Lans, zelf lid van een nog jong Amsterdams broodfonds, zit het geheim in de kleinschaligheid van de fondsen. Meer dan vijftig deelnemers werkt niet, omdat je elkaar dan niet meer kunt kennen. Het fonds drijft op onderling vertrouwen. Er wordt dus ook niet gevraagd om een doktersverklaring, als iemand zich ziek meldt. De deelnemers houden elkaar wel op de hoogte van hoe het met ze gaat, en, zo vertelt Van der Lans, 'zullen ook wel met een bloemetje langs gaan' als iemand uitvalt.
Maandag beginnen de eindexamens van de middelbare school. In ons gezin gaan er twee op, Thomas voor VWO, Mirelva voor HAVO. Dat worden spannende weken. Twee keer eerder, in 1994 en 1998, koos de examencommissie een tekst van mij om te verklaren dan wel samen te vatten. In 1998 was dat het artikel 'De cultuur van afzijdigheid' dat toen een jaar eerder in Socialisme & Democratie was afgedrukt. Wie het nog na wil lezen, moet hier klikken. Onno Blom, toendertijd literair redacteur van Trouw, boog zich in die meidagen van 1998 over de tekst (`Een eitje') en schreef er het volgende verslag van:
Even waan ik mij terug. De vervlogen geur van zweetsokken dampt weer als een (pervers) parfum in mijn neus, om me heen hoor ik het nerveus schrapen van kelen en knikken van knieën. Ik wip op mijn stoel heen en weer tot ik de opgaven voor mijn neus krijg: vwo Nederlandse samenvatting. De vellen zien er nog net zo uit als toen ik ze, in de gymzaal van het Stedelijk Gymnasium in Leiden, voor het laatst onder ogen kreeg.
Hoewel ik na mijn examen Nederlandse taal- en letterkunde zou gaan studeren, was samenvatten nooit mijn favoriete bezigheid. De literatuur, groots en meeslepend fantaseren, daar ging het om. Samenvatten zag ik - hoewel ik het nut er niet van wil betwisten - als een dorre, technische zaak. Niet op mooie zinnen werd je afgerekend, maar op het opnemen van de belangrijkste 'algemene mededelingen' en het weglaten van de meest onzinnige 'voorbeelden'. In feite meer cijfers dan letters, en dat ging een totale alfa niet in de kouwe kleren zitten.
Toch hebben de handgrepen van mijn leraar Nederlands onmiskenbaar hun sporen nagelaten. In de kantlijn van 'De cultuur van afzijdigheid', een artikel van de cultuurpsycholoog Jos van der Lans dat ooit in 'Socialisme & Democratie' stond en dat nu van 2200 naar 500 woorden moet worden teruggebracht, ontstaan als vanzelf strepen en cijfertjes die de tekst tot boomstructuurtje ontleden. Na een paar inleidende alinea's volgt het scharnier van het stuk: één verklaring, twee gevolgen en drie manieren tot aanpak voor de cultuur van afzijdigheid worden aangekondigd en in de rest van de tekst keurig ingevuld.
Van der Lans constateert dat afzijdigheid in Nederland de norm is geworden sinds het respect voor de privacy is verworden tot 'interventietaboe'. Het gevolg is dat wij anderen, of het nu om bejaarden of immigranten gaat, aan hun lot overlaten. Er zijn drie remedies tegen het groeiend gevoel van onveiligheid, dat daarvan het gevolg is. Om te beginnen moeten wij opnieuw worden opgevoed. Bovendien moet de bureaucratisering worden doorbroken en het moeilijkste werk niet meer aan de zwaksten worden toevertrouwd. Tenslotte moet er een 'professionele correctie' worden toegepast: ambtenaren, politici en bestuurders dienen zich weer te begeven in de frontlinies van de samenleving. “Wie tolereert, bemoeit zich juist wél met anderen,” concludeert Van der Lans.
Voor de rest van de samenvatting heb ik nu nog zo'n vierhonderd woorden over, maar die zal ik u besparen. De vwo-leerlingen zullen niet veel moeite hebben gehad deze brave en heldere tekst te knippen en te scheren. Een eitje.
mei10
Vakmanschap aan zet
Organisatieadviseur Douwe van den Berg laat professionals van verschillende vakgebieden met elkaar samenwerken rond ingewikkelde vraagstukken, zoals bijvoorbeeld in de jeugdzorg: hulpverleners, onderwijzers, medewerkers van de Raad van de Kinderbescherming, de Sociale Dienst, de GGZ, de GGD, de advocaat van ouders en de wijkagent.
Van den Berg werkt momenteel voor de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente Amsterdam en beschikt inmiddels over een reeks voorbeelden uit de praktijk waaruit het belang van deze aanpak te herkennen is. De kern daarvan is niet in de eerste plaats het beantwoorden van de vraag hoe het probleem moet worden opgelost, maar het bepalen van de eerstvolgende stap. Liefst een zo klein mogelijke stap, want die geeft de grootste kans op succes.Van den Berg geeft dan ook het advies minder bezig te zijn met het toepassen van een hulpverleningsmethodiek en meer met het bepalen van een strategie.
mei10
Beelden in de Tolhuistuin
mei10
Stadslandbouw in Rotterdam
In deze aflevering van Altijd Wat een reportage over de stadslandbouw in en om Rotterdam. Welke band heeft Rotterdam met de boeren direct buiten de stad? En is de stadslandbouw een romantisch ideaal of opent het een venster naar de toekomst en een nieuwe manier van omgaan met onze omgeving? Bekijk hier alvast een fragment.
mei9
Buurtalliantie: 'Denkend aan burgerkracht'
Bij de Buurtalliantie is een aardig boekje verschenen, getiteld: Denkend aan burgerkracht. Het is gemaakt op basis van een bijeenkomst in oktober 2011 in Pakhuis de Zwijger in Amsterdam, waar Pieter Hilhorst, Pieter Winsemius en ik korte inleidingen hebben verzorgd.
Het zestig pagina's tellende boekje bevat bijdragen van Jan-Kees Helderman, Nico de Boer, Jos van der Lans, Pieter Hilhorst, Evelien Tonkens, Maja Hertoghs, Suzanne Roggeveen, Imrat Verhoeven en Hans Boutellier. Bij elkaar een heel aardig overzicht van de discussie over #burgerkracht.
Je kunt het boekje gratis bestellen via laetitia@cultuurfabriek.nl, vergeet niet naam en adres apart te vermelden.
mei9
De Andere Wereld over Doe-het-zelf-samenleven (2)
Terug naar de tijd van gilden, gemeenschappelijke weiden, en de plaatselijke co-op supermarkt? Nu de verzorgingsstaat onbetaalbaar is geworden en de commerciële markt is dolgedraaid, grijpen burgers terug op elkaar, in gemeenschappelijke initiatieven zoals we die weliswaar al eeuwen kennen, maar die we lijken te zijn vergeten. Er komt, nu we tegen de grenzen van markt en staat oplopen, steeds meer aandacht voor 'collectieve actie' als alternatief. De Verenigde Naties riepen het jaar 2012 zelf uit tot het Jaar van de Coöperatie.
In deze tweede aflevering van de serie over het hedendaagse collectief: Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). Bij Collectief Particulier opdrachtgeverschap realiseert een groep particulieren gezamenlijk en zonder tussenkomst van projectontwikkelaars of woningcoöperaties woningen. In deze tijden van crisis in de bouwsector, is CPO één van de weinige manieren om bouwprojecten nog gefinancierd te krijgen. Naast het feit dat CPO 20 tot 25% goedkoper bouwen dan traditioneel bouwen, heeft men via CPO ook nog veel zeggenschap over hun woning en leefomgeving. Bovendien vergroot het samenwerken de sociale cohesie. Al deze voordelen maken deze manier van bouwen erg populair bij mensen die graag een betaalbare werk- en woonplek in de stad willen hebben, maar geen traditioneel gebouwd huis kunnen kopen: de ZZP’ers.
Architect Hein de Haan is zoals hij zelf zegt "een fossiel" van het CPO. Al in 1982 ontwierp hij een CPO in Vlaardingen. Voor hem reikt het collectieve particuliere bouwen verder dan alleen het bouwen van huizen. Hij denkt na over plekken hoe mensen zowel kunnen leven als werken in hun woning, ontwerpt ateliers, flexplekken, crčches en zelfs een theater om de wooncomplexen. De rol van de gemeente is minimaal: zij hoeven slechts een stuk grond willen verkopen. Niets dan lof voor CPO, zo denkt ook de overheid over dit ultieme burgerinitiatief. Ze moedigt de burger aan via subsidies of biedt grond tegen een voordelig bedrag aan. Maar is dit wel een burgerinitiatief?
Albert Jan Kruiter van het Instituut voor Publieke Waarden denkt van niet. Alle neuzen wijzen dezelfde kant op bij CPO, er hoeven geen tegenstrijdige belangen opgelost te worden, want iedereen wil hetzelfde: een prettige plek om te leven. Daarbij draagt iedereen via CPO iets bij, er zitten geen mensen tussen die de gemeenschap alleen maar geld kosten. Zou je hiermee rekening houden, is er pas sprake van een čcht burgerinitiatief en kan de verzorgingsstaat een stap terug doen.
mei7
Column Aedes Magazine
Elkaar de maat nemen
De Vestia-affaire was nog vers, de mededelingen schaars, maar het oordeel van de spraakmakende goegemeente stond al vast. Rentederivaten? Een beter bewijs dat corporaties er een potje van maakten was nauwelijks denkbaar. Alleen Volkskrant-columnist Frank Kalshoven deed begin februari wat anderen nalieten. Hij pakte eerdere jaarverslagen erbij en constateerde dat Vestia ‘met de haute finance in zee moest om voor bijna het twintigvoudige van de jaaromzet renteverzekeringen af te sluiten’. Zijn conclusie: ‘het systeem, doelbewust ingericht op het beperken van het renterisico, is zelf een financieel risico geworden’.
Dat was dus publieke informatie waar jarenlang geen journalist of Kamerlid nota van had willen nemen, waar Vestia’s raad van commissarissen een handtekening onder had gezet, waar de KPMG-accountants geen woorden aan vuil wensten te maken, die voor het Centraal Fonds geen reden was om aan de bel te trekken en ook op het ministerie niet tot enige reactie had geleid. Bekend was bovendien dat Vestia geen lid was van Aedes, er geen brood in zag zich te laten visiteren, zoals ook Vestia’s toezichthouders het niet de moeite waard vonden om zich te verlagen tot een lidmaatschap van de VTW, de vereniging van toezichthouders. In corporatiekringen circuleerde al veel langer stilzwijgende verbazing over hoe Vestia-directeur Erik Staal al die investeringen kon doen. Maar niemand zei het hardop. En wie heeft de Vestia-bestuurder wel eens openlijk aangesproken op zijn salaris van twee keer de Balkende-norm?
De Tweede Kamer laat daar nu een parlementaire enquętecommissie op los. Maar is het probleem niet dat in corporatieland simpelweg onvoldoende onderlinge kritische massa aanwezig is? In zo’n ieder-gaat-zijn-eigen-gang cultuur vervagen morele standaarden en eroderen publieke normen. Particuliere ambities en megalomaan bestuurlijk gedrag kunnen zich moeiteloos ontplooien, want ze stuiten nauwelijks op collegiale publieke weerstand. Daar kan je nieuwe regels op loslaten, strenge toezichthouders voor aanstellen, alles napluizende inspecteurs op af sturen, maar dat zal alleen een investering blijken in meer bureaucratie. Op termijn heel duur, terwijl de oplossing eigenlijk heel goedkoop is. Elkaar stevig de maat nemen kost namelijk niks.
Deze column is deze maand verschenen in Aedes Magazine, nr. 4/2012.
De auteur stelt er prijs op te melden dat hem na publikatie van deze column is gebleken dat de suggestie dat er voor het Centraal Fonds Volkshuisvesting 'geen reden is geweest om aan de bel te trekken' niet overeenkomstig de feiten is. Naar aanleiding van Vestia's presentatie van de financiële gegevens van 2010 heeft het Fonds in het najaar van 2011 wel degelijk zijn verantwoordelijkheid genomen en overeenkomstig gehandeld.
mei7
Waar wonen de Van der Lansen?
Op dit kaartje kwam ik ineens terecht tijdens een surftocht op internet. Het geeft aan waar de Van der Lans-en wonen in Nederland, althans volgens het voorkomen van de naam in telefoonboeken. Volgens deze bron zijn er in totaal 1434 mensen die naar deze naam luisteren. In de ranglijst van namen staat Van der Lans op de 1554ste plaats, relatief de meeste Van der Lansen wonen in Heemstede (68), gevolgd door Noordwijk (34), Delft (30), Den Haag (30. De concentratie ligt in en rondom Den Haag. Dat klopt in ieder geval wel want daar komen mijn ouders ook vandaan. Mijn Van der Lans-tak zat vroeger vooral in de aardappel- en groentehandel, en was - is mij altijd verteld - geconcentreerd in Loosduinen, een aan het Westland grenzend dorp dat allang is opgeslokt door Den Haag. Deze kaart spreekt dat niet tegen.
Elke respecterende krant heeft inmiddels zijn bijlage gevuld met een terugblik op 6 mei 2002, toen Nederland even totaal verlamd raakte door de moord op Pim Fortuyn. Brak er een nieuw tijdperk aan? Wat heeft dat gebracht? De Groene Amsterdammer betitelde het deze week als 'De puinhopen van Pim', daarmee zinspelend op de ravage waarmee de Pims achtereenvolgende erfgenamen LPF, Verdonk en Wilders het land inmiddels hebben opgezadeld. Toch steekt de invloed van Fortuyn dieper, zoals ik tussen 2002 en 2004 in verschillende bijdragen in Vrij Nederland probeerde te analyseren. En nu iedereen toch aan het terugblikken is, kan het geen kwaad om dit oude Fortuyn-dossier nog eens onder de aandacht te brengen. Hoe 'politieke punker Pim' definitief een einde maakte aan de prudent-progressieve hegemonie van weldenkend Nederland en hoe links het antwoord schuldig is gebleven.
Te vaak dreigen succesvolle projecten te verdwijnen als hun incidentele financiering wordt beëindigd. Het gevolg? Verspilling van subsidiegeld, kennis en infrastructuur. Als reactie hierop startte het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in 2009 het experiment ‘Aanpak van de projectencarrousel’. Dit experiment vond plaats in het kader van de wijkenaanpak.
Het experiment richtte zich op projecten voor bewoners in de meest zwakke sociaal-economische situaties. Gedurende het experiment werd op 2 centrale vragen antwoorden gezocht: ‘wat is een goed project?’ en ‘welke strategieën zijn er om goede projecten te verduurzamen’? Het onderzoek naar deze vragen is afgerond en resulteert in de eindpublicatie ”De rem op de projectencarrousel, geleerde lessen in 2010 en 2011”.
Bent u ook benieuwd naar de kenmerken van een goed project? En naar hoe u het project vervolgens organisatorisch en financieel kunt verduurzamen? Tijdens dit kennisatelier, georganiseerd door Nicis Institute in samenwerking met het ministerie van BZK, staan we hier uitgebreid bij stil. Na afloop van het kennisatelier ontvangt u eveneens de eindpublicatie.
Programma
Een inspirerend programma onder leiding van dagvoorzitter Henk Jan Bierling (Nicis Institute), met bijdragen van onder meer Daniël Giltay Veth (onderzoeker aanpak van de projectencarrousel) en Jos van der Lans (visitatiecommissie wijkenaanpak). Wethouders Lenie Scholten en Nelleke Vedelaar (resp. Eindhoven en Zwolle), Fred Beekers (Resto VanHarte), Rien van Gendt (Vereniging van Fondsen in Nederland) en Jos Verhoeven (Start Foundation) nemen plaats aan een interviewtafel. Aansluitend kunt u deelnemen aan 1 van de 5 workshops (inclusief lunch).
Praktische Informatie
01 juni 2012, vanaf 09.15 uur t/m 13.30 uur, Nicis Institute, Den Haag, Deelname aan de bijeenkomst is gratis, maar niet vrijblijvend. U kunt zich tot een week voor de bijeenkomst schriftelijk of per e-mail afmelden. Daarna bedragen de annuleringskosten 150 euro.Klik hier voor meer informatie en aanmelden.
mei2
Reageer op Canon Maatschappelijke Opvang
mei1
De Andere Wereld: radio 5 SAMENWERKEN
Zondag 29 april was in het programma De andere wereld op radio 5 een item te beluisteren over de nieuwste trend: collectieve burgerinitiatieven. Het voorbeeld is een ouderparticipatiecrčche die door wetgeving in zijn mogelijkheden wordt beperkt. Is dit nu een nieuw verschijnsel? Ik was een van de mensen die over deze vraag werd geinterviewd.