JOS VAN DER LANS - WEBLOG / TWITTER

Tijdens mijn politieke carrière als Eerste Kamerlid (1999-2007) was ik een van de eerste politici die in 2004 een eigen - tamelijk primitief - weblog begon. Eerst vooral vanwege mijn politieke activiteiten/meningen, maar in de loop der tijd steeds meer over mijn publicaties en publieke optredens als journalist en publicist. Zo werd het weblog een etalage voor iedereen die op hoogte wilde blijven van mijn gepubliceerde artikelen en columns, van gebeurtenissen waar ik bij ben geweest, van observaties die ik doe, van meningen die in mij opwellen, of van andere persoonlijke wetenswaardigheden.

Het is geen dagboek, maar wel een soort maandboek geworden, waar ik zelf regelmatig in terug blader om nog even na te gaan hoe het ook al weer zat.

Reacties worden op prijs gesteld. Stuur een email naar: info©josvdlans.nl

weblog - oktober 2008
Mooi signalement in Aedes Magazine



Rechtreeks bestellen via: www.lubberhuizen.nl

Paaldansen

Een tijdje geleden las ik in Metro een interview met een voorman van de organisatie die de nationale paaldanskampioenschappen organiseert. Ik ben zijn naam vergeten, maar wat mij is bijgebleven is dat hij het paaldansen als een bijzondere, en steeds populairdere vorm van dans beschouwde, die vergeleken moest worden met topsport.
Zou het? Eenmaal thuisgekomen googlelde ik met de vraag of het paaldansen al in een adem genoemd wordt met breakdance, streetdance, salsa, latin, capoeira, urban, ballroom en al die andere dansvormen die inmiddels bij de dansfamilie horen.
Niet dus. De site van kunstfactor ( www.dansweb.nl/links/dansvormen/) met allerlei links naar de meest uiteenlopende dansvormen en -stijlen, maakt geen woord vuil aan het paaldansen. Ik ben nog even op zoek gegaan naar een dansencyclopedie, waar misschien wat achtergronden te vinden zouden zijn over het paaldansen, maar tot mijn stomme verbazing is er niet eens een dansencyclopedie. Er is van alle cultuurtakken een encyclopedie, maar niet van de dans. Ik heb me al een keer verbaasd over de afwezigheid van een dansmuseum, maar het is eigenlijk nog erger: er is zelfs niet eens een fatsoenlijke dansencyclopedie. Wat is een sector zonder encyclopedie?
En toen ineens drong zich de vraag aan me op of als mij het verzoek zou bereiken om een dansencyclopedie samen te stellen ik dan het paaldansen daarin zou opnemen. Dat is een ontzettend domme vraag, want zo’n verzoek zou mij nooit bereiken. Maar de vraag bleef me achtervolgen. Waarom wordt het paaldansen eigenlijk niet serieus genomen? Wie even op het net rondkijkt ( http://paaldansen.startkabel.nl/) begint al snel een vermoeden te krijgen. Paaldansen riekt naar duistere podia waar schaarsgeklede vrouwen voor een zaal gretig kijkende mannen erotisch rond een paal heen kronkelen. Dat is meer een geil soort striptease dan dat het met dansen te maken heeft. Dat hoort in de dansencyclopedie niet thuis dus.
Hoewel…zet de palen in Cirque du Soleil (zoals bij één van de laatste shows gebeurde) en er ontstaat ineens een heel ander perspectief. Ineens zien we gracieuze lichaamsbewegingen, lichamelijke kunststukjes en muziek samenkomen. Wat een lenigheid! Als we de klompendans in de dansencyclopedie opnemen, met welk argument kunnen we deze danspaalkunst er dan buiten laten?

Bovendien weten we uit de dansgeschiedenis dat nogal wat dansvormen eerst als zedenverwildering en perversiteit zijn weggezet. Sterker, ze zijn veelal juist ontstaan om nieuwe bewegingen mogelijk te maken en te ontsnappen aan de corsetten van de tijdsgeest en/of de macht. Nogal wat dansen zijn – letterlijk – bevrijdingsbewegingen. En misschien moeten we het paaldansen daar ook onder rangschikken.
Zo gek is die gedachte niet, want het paaldansen begon in de jaren tachtig in de striptenten in Canada misschien wel als een soort onbewust feministische verzetsdaad. Je kunt natuurlijk strippen en al heupwiegend zo nu en dan een kledingstuk de zaal in kieperen, maar als je dan toch bezig bent kun je er misschien beter meteen een act van maken. En zo voerden de Canadese dames een paal ten tonele. Naast onmiskenbaar fallussymbool was dit attribuut immers ook een handige verticale rekstok die meer eigen beweging, meer eigen fantasie en dus ook meer bewondering mogelijk maakte. Zo kon het stripteasenummer tot een heuse act emanciperen.
En zo evalueerde het paaldansen tot een vorm van lichaamskunst waar het om meer ging dan het tonen van lichaamsdelen, maar eerder om lichaamsbeheersing, om elegantie, fitness en uiteraard ook om vrouwelijkheid, want zo’n lichaam dat om een paal heen wervelt wordt niet ineens, zoals bij het turnen gebeurt, iets neutraals. Nee, het blijft iets sensueels houden.
In die combinatie begon het paaldansen aan zijn opmars. In Canada, in de VS. Weg van de duistere zaaltjes, op naar de amusementspodia van de showbizz om uiteindelijk te belanden in de frisse ruimtes die horen bij een nieuw soort fitnessbeweging. Vooral jonge vrouwen voelen zich er door aangetrokken. In Londen is het een rage, maar ook in Nederland is het in opkomst. Er zijn paaldansscholen, paaldansworkshops, paaldanskledinglijnen en gelicenseerde paaldansinstructrices. Je kunt zelfs voor € 245,- een oerdegelijke paal aanschaffen, zodat je ook thuis kunt oefenen.
Paaldansen vertegenwoordigt een nieuw soort emancipatie. Want om het goed te kunnen heb je alles van je lichaam nodig, kracht, elegantie, soepelheid, spiercoördinatie, ritme en ook zelfvertrouwen. Die combinatie past naadloos bij het dynamische zelfbeeld van moderne jonge vrouwen: sterk, zelfbewust, elegant en bijna provocerend vrouwelijk.
De conclusie is dan ook onvermijdelijk: in mijn dansencyclopedie krijgt het paaldansen een plaats. Maar of ze in de echte danswereld er ook zo over denken, dat zal nog wel even duren. Daarom zullen ze mij ook nooit vragen om zo’n encyclopedie samen te stellen.
Deze column verschijnt begin november in Dans Magazine.
VS-verkiezingen op 4 november in KHL



Lid KEI-inspiratieteams

Enthousiasmeren, stimuleren, creatieve verbindingen leggen - op een of andere manier wil ik dat soort zaken met mijn schrijfsels teweegbrengen. Dat lukt natuurlijk niet altijd, maar toch.... Daarom hoefde ik niet lang na te denken toen ik gevraagd werd om zitting te nemen in de KEI-inspiratieteams die de komeende maanden het land in trekken om de wijkaanpak te stimuleren en van creatieve adviezen te voorzien. Hieronder het bericht waarmee KEI dit initiatief wereldkundig heeft gemaakt:
Eind 2008 en begin 2009 gaat het KEI-Inspiratieteam zesmaal het land in om lokale betrokkenen te inspireren tijdens de wijkaanpak. Waar het KEI-stadslab start vanuit een concreet probleem en de KEI-on-the-road uitgaat van een afgerond project waarop feedback wordt gegeven, staan bij het inspiratieteam twee vragen tijdens de aanpak centraal: “Doen we de goede dingen?” en “Doen we de goede dingen goed?”.
Het inspiratieteam is een initiatief van KEI en het Woonnetwerk en wordt financieel mogelijk gemaakt door het Ministerie van VROM/WWI. Directe aanleiding is het feit dat de 40-wijken aanpak inmiddels een jaar geleden is gestart en daarnaast in de wijken reeds diverse initiatieven plaats vinden vanuit GSB/ISV-beleid.
Nu de uitvoering in volle gang is, is het goed af en toe te reflecteren op vragen als: Dekken de ontwikkelde visies de vraagstukken voldoende af? Sluiten visies en projectpraktijk goed op elkaar aan of vallen hier gaten? Is er in de praktijk genoeg (ruimte voor) maatwerk? En komen ‘willen’ en ‘kunnen’ van alle betrokkenen voldoende overeen? Reeds in eerdere KEI-bijeenkomsten is gewezen op het grote belang van deze reflectiemomenten.
Het KEI-Inspiratieteam biedt deze mogelijkheid. De leden lopen als klankbord en inspirator een dag mee in een wijk. Ze stellen prikkelende en kritische vragen, kijken naar de procesorganisatie en de samenwerking. En graven dieper naar effectiviteit en duurzaamheid van de gekozen aanpak. Zo kan even los van de dagelijkse praktijk worden gespiegeld over ambities, voortgang en de toekomst. Aansluitend inspireren ze met tips, voorbeelden en aanvullende of alternatieve suggesties. Alles vanuit de gedachte dat vreemde ogen dwingen en tegelijkertijd energie opleveren om extra of soms onverwachte stappen te kunnen zetten.

Teamleden zijn Hans Becker, Piet Boekhoud, Fons Catau, Ben Hammer, Scief Houben, Foeke de Jong, Diane Krabbendam, Jos van der Lans, Melek Ustha en enkele lokale directeuren van de Rabobank.

Meer informatie over het team bij Bram Heijkers, heijkers@kei-centrum.nl, KEI keniscentrum stedelijke vernieuwing, T 010-2825155
Historisch besef

Soms realiseer je je iets in een flits. Ik had zo’n helder moment toen ik werkte aan de geschiedschrijving van een van de meest eerbiedwaardige corporaties van ons land: de Algemene Woningbouw Vereniging. Deze ooit grootste – want socialistische - Amsterdamse corporatie fuseerde op 1 juli met de – ex-katholieke – corporatie Het Oosten tot een nieuwe hoofdstedelijke volkshuisvestingsgrootmacht: Stadgenoot.
Terwijl ik een van de fascinerende verhalen opschreef*, realiseerde ik mij dat er duizenden van die verhalen zijn. Het zijn de verhalen die de steden van Nederland hebben gemaakt, die arbeiders ‘licht, lucht en leven’ hebben gegeven, verhalen over de crisis, de oorlog, de wederopbouw, het kraken, de stadsvernieuwing. Het zijn deze kleine – mag ik zeggen: ‘trotse’ - geschiedenissen die Nederland groot hebben gemaakt.
Voor moderniseringsprocessen (die in de volkshuisvesting in razend tempo plaats vinden) vormen deze geschiedenissen echter geen zuurstof. Integendeel, die veranderingen rechtvaardigen zich juist door afstand te nemen van het verleden (te weinig ondernemend, te statisch, te log, ouderwets, omslachtig). Pronken met de geschiedenissen past daar niet in. Ik hoor dan ook zelden corporatiebestuurders uitvoerige historische exposés geven dan wel geïnspireerd putten uit de verhalen van hun verre voorgangers.

Daarmee dreigen die verhalen te verdwijnen. De archieven van nogal wat corporaties zijn al niet echt geweldig, maar we hoeven ons geen illusie te maken dat deze er na de fusiegolven zoveel beter van zijn geworden. Integendeel, in de nieuwe organisatie verbleekt de geschiedenis in de nieuwe cultuurtrajecten en identeitspeurtochten. Het archief van de AWV was al in een behoorlijk bedroevende staat, maar wie voelt zich verantwoord voor de geschiedenis in de nieuwe gefuseerde organisatie? Wie beheert de volkshuisvestingsverhalen van de Eigen Haarden, de Patrimoniums, De Goede Woningen en al die andere corporaties die vooruitgang brachten in de levensomstandigheden van diamantbewerkers, havenwerkers, onderwijzers, ambtenaren, spoorwegbeambten, bouwvakkers et cetera?
Ik vrees het ergste. Ik zie geen grote archiefbetrokkenheid in de volkshuisvestingsbranche. Er is – om maar wat te noemen - geen geschiedeniswerkgroep bij Aedes, er zijn geen sectorafspraken. Er is eigenlijk alleen een tanend historisch besef. Dat kan nooit goed zijn. Ik roep daarom alle gefuseerde corporaties op om in hun fraaie nieuwe entreehallen minder kunst en meer hun corporatiegeschiedenissen tentoon te stellen. Dat levert niet alleen prachtige en innemende beelden op, het kan een bescheiden begin zijn om deze bijzondere geschiedenissen voor de toekomst levend te houden.
Deze column veschijnt een dezer dagen in Aedes Magazine
Lieve vrede

Twee keer heb ik het rapport GroenLinks, partij van de toekomst inmiddels gelezen en elke keer hou ik er een beetje weeïg gevoel aan over. Een beginseltekst is natuurlijk geen sprookje, maar toch voelt de tekst wel zo aan. Zeker als de lezer getrakteerd wordt op doorkijkjes naar 2018, waarin medewerkers van de Centra voor Werk en Inkomen elkaar wegens overbodigheid advies geven bij het zoeken naar een andere baan en Ahmed en Sanne elkaar liedjes leren van hun opa’s en oma’s. Dat vooruitzicht zou mij vrolijk moeten stemmen, maar dat wil maar niet lukken.
Versta me goed, na lezing van de tekst heb ik mijn lidmaatschap voor de rest van mijn leven (of in ieder geval tot het hoopvolle jaar 2018) verlengd, want uit alle ambities blijkt dat GroenLinks mijn partij is. Wij zijn groen, sociaal, internationaal, open-minded en nadenkend. In de benauwenissen van deze tijd is het inmiddels bijna een verademing om bij GroenLinks te horen, als een soort monument van weldenkendheid en nieuwsgierigheid. Alleen: waarom voelt dat na lezing van al deze prachtige tekst niet zo?
Waarschijnlijk komt dat omdat de tekst vooral uit is op de lieve vrede. Na stevige discussies over moderne vrijzinnigheid versus klassieke linksheid, over linkse vrijheid en moderne gemeenschapszin, over staatspaternalisme versus linksliberalisme is de tekst er op uit om eindelijk eens met elkaar te bepalen waar we het over eens zijn. Dat is het knappe van deze beginseltekst, alles wordt met lenige zinnen met elkaar in harmonie gebracht.
Dat is wellicht om de zoveel tijd nodig, maar mijn voorstel zou zijn dat we deze tekst onder ovationeel applaus ongewijzigd aannemen op 22 november en daarna een stevig debat voeren over – om maar eens wat te noemen - vragen als hoe wij onze prioriteit 3 (op lokaal niveau zorgt GL voor groen in de stad) denken te combineren met onze ideeën van het verdichten van de bouw in de stad. Dan zal er wel eens een boompje tegen de vlakte moeten. Daar helpt geen lieve vrede aan, laat staan een beginselprogramma. Kortom, zoals Lenin al zei, alleen tegenspraak brengt ons verder.

Deze column verschijnt vandaag in het GroenLinks Magazine.
ONTREGELNIEUWS

Het gaat nog steeds goed met 'Ontregelen'. Vrijwel elke dag heb ik iemand aan de lijn die door het boek gegrepen is en wil dat ik voor een klein of groot gezelschap kom vertellen over hoe aan de bureaucratische beknelling valt te ontsnappen. Dat bracht mij de afgelopen maand op verschillende gemeentehuizen, bij de Reclassering, de AWBZ-indicatiestellers, en de komende maand speel ik een rol op het VNG-Divosa-congres, ga ik langs bij de welzijnsorganisatie in Leeuwarden, bij de corporatie in Pendrecht in Rotterdam, bij MEE in Drenthe en nog een paar plaatsen. Zo kom je nog eens ergens. Een de maand daarna gaat het gewoon verder. Dat is natuurlijk geweldig, want ik schrijf mijn boekjes natuurlijk om iets op gang te brengen en in alle bescheidenheid mag ik toch zeggen dat dat 'Ontregelen' aardig is gelukt.
De vijfde druk telt nog maar een paar honderd exemplaren, dus de zesde zal er dit najaar nog van komen. Hoop ik. Het is mogelijk om via de uitgeverij meerdere exemplaren voor teams, stafoverleggen, heidagen of kerstpaketten te bestellen. Meld je daarvoor even bij Riet van Bentum van uitgeverij Augustus: riet.van.bentum@augustus.nl.



+


Kies een periode: november 2024
oktober 2024
september 2024
augustus 2024
juli 2024
juni 2024
mei 2024
april 2024
maart 2024
februari 2024
januari 2024
december 2023
november 2023
oktober 2023
september 2023
augustus 2023
juli 2023
juni 2023
mei 2023
april 2023
maart 2023
februari 2023
januari 2023
december 2022
november 2022
oktober 2022
september 2022
augustus 2022
juli 2022
juni 2022
mei 2022
april 2022
maart 2022
februari 2022
januari 2022
december 2021
november 2021
oktober 2021
september 2021
augustus 2021
juli 2021
juni 2021
mei 2021
april 2021
maart 2021
februari 2021
januari 2021
december 2020
november 2020
oktober 2020
september 2020
augustus 2020
juli 2020
juni 2020
mei 2020
april 2020
maart 2020
februari 2020
januari 2020
december 2019
november 2019
oktober 2019
september 2019
augustus 2019
juli 2019
juni 2019
mei 2019
april 2019
maart 2019
februari 2019
januari 2019
december 2018
november 2018
oktober 2018
september 2018
augustus 2018
juli 2018
juni 2018
mei 2018
april 2018
maart 2018
februari 2018
januari 2018
december 2017
november 2017
oktober 2017
september 2017
augustus 2017
juli 2017
juni 2017
mei 2017
april 2017
maart 2017
februari 2017
januari 2017
december 2016
november 2016
oktober 2016
september 2016
augustus 2016
juli 2016
juni 2016
mei 2016
april 2016
maart 2016
februari 2016
januari 2016
december 2015
november 2015
oktober 2015
september 2015
augustus 2015
juli 2015
juni 2015
mei 2015
april 2015
maart 2015
februari 2015
januari 2015
december 2014
november 2014
oktober 2014
september 2014
augustus 2014
juli 2014
juni 2014
mei 2014
april 2014
maart 2014
februari 2014
januari 2014
december 2013
november 2013
oktober 2013
september 2013
augustus 2013
juli 2013
juni 2013
mei 2013
april 2013
maart 2013
februari 2013
januari 2013
december 2012
november 2012
oktober 2012
september 2012
augustus 2012
juli 2012
juni 2012
mei 2012
april 2012
maart 2012
februari 2012
januari 2012
december 2011
november 2011
oktober 2011
september 2011
augustus 2011
juli 2011
juni 2011
mei 2011
april 2011
maart 2011
februari 2011
januari 2011
december 2010
november 2010
oktober 2010
september 2010
augustus 2010
juli 2010
juni 2010
mei 2010
april 2010
maart 2010
februari 2010
januari 2010
december 2009
november 2009
oktober 2009
september 2009
augustus 2009
juli 2009
juni 2009
mei 2009
april 2009
maart 2009
februari 2009
januari 2009
december 2008
november 2008
oktober 2008
september 2008
augustus 2008
juli 2008
juni 2008
mei 2008
april 2008
maart 2008
februari 2008
januari 2008
december 2007
november 2007
oktober 2007
september 2007
augustus 2007
juli 2007
juni 2007
mei 2007
april 2007
maart 2007
februari 2007
januari 2007
december 2006
november 2006
oktober 2006
september 2006
augustus 2006
juli 2006
juni 2006
mei 2006
april 2006
maart 2006
februari 2006
januari 2006
december 2005
november 2005
oktober 2005
september 2005
augustus 2005
juli 2005
juni 2005
mei 2005
april 2005
maart 2005
februari 2005
januari 2005
december 2004
november 2004
oktober 2004
september 2004
augustus 2004