Inhoud: |
In 2008 startte in Leeuwarden in de wijk Heechterp-Schieringen, koploper in de Nederlandse ranglijst van achterstandswijken, een opmerkelijk experiment. Het was het tastbare resultaat van een groep leidinggevenden die zich hadden getooid onder de naam Amaryllis, genoemd naar de bloembol die initiator Dietske Bouma, directeur welzijn bij de gemeente Leeuwarden, tijdens de eerste bijeenkomst aan de deelnemers had uitgedeeld. Amaryllis is een plant die altijd naar het licht groeit, wat er ook gebeurt. Prachtig symbool voor het type wilskracht dat de hoofden van GGZ-instellingen, welzijnsorganisaties, verslavingszorg, MEE Friesland, maatschappelijke en crisisopvang, de vrouwenopvang en vertegenwoordigers van hbo-opleidingen dachten nodig te hebben om echt iets te veranderen in Friesland. Ze deelden de overtuiging dat er een doorbraak moest komen. Weg met de schotten, terug naar de basis. Dus: minder bureaucratie, minder administratie en direct in de wijken.
Zo ontstond in Heechterp-Schieringen het Frontlijnteam, het eerste sociale wijkteam in Nederland. Professionals van velerlei komaf gingen met een open agenda aan de slag in een wijk waar velen de schurft hadden aan hulpverleners. Langzaam maar zeker herstelden de Leeuwarder fronntprofessionals echter het vertrouwen. Stukje voor beetje brachten zij de menselijke maat weer terug in de zorg. In plaats van de oude praktijk waarin mensen verwezen werden naar loketten voor schulden, werk en opvoeding vertakte het frontlijnteam zich elke dag verder de wijk in. Straat voor straat, huisdeur voor huisdeur, keukentafel na keukentafel. En dat werkte. Al na een paar maanden werden de frontlijners herkend en begroet als ze door de wijk heen liepen of fietsten.
In 2008 waren er in het kader van de wijkenaanpak van minister Vogelaar twee plaatsen waar men deze fundamentele stap durfde te zetten: Leeuwarden als eerste, snel daarop gevolgd door Enschede (wijkcoaches in de wijk Linde Velvehof). Dat viel op. De rest van het land wilde weten hoe ze dat voor elkaar gekregen hadden. Bussen reden af en aan. Toen staatssecretaris Jet Bussemaker in de zomer van 2009 haar ideeën over welzijn-nieuwe-stijl kenbaar maakten sloot dat eigenlijk precies aan bij wat men in Leeuwarden al vanaf 2008 aan het bedenken was. Bussemaker wilde met haar concept welzijn-nieuwe-stijl een impuls geven aan de in haar ogen wat uitgebluste welzijnssector. Zij verwees daarbij regelmatig naar Leeuwarden, waar zij motto’s ontleende als: eropaf, aansluiten bij de behoefte van burgers, ruimte voor professionals. Liesbeth Spies, de laatste minister van Binnenlandse Zaken in het eerste kabinet-Rutte, riep deze Leeuwarder wijk later zelfs uit tot ‘kraamkamer van de nieuwe verzorgingsstaat’.
Begin 2013, vijf jaar na de start, vroeg de gemeente Leeuwarden de publicist Jos van der Lans om over dit Leeuwarder experiment een essay te schrijven ‘in de context van nationale en internationale ontwikkelingen’ en tegen de achtergrond van ‘de transitie van de verzorgingsstaat’. Het resultaat is een ‘vrolijkstemmend essay in sombere tijden van bezuinigingen en crisis’, waar de auteur op zoek gaat naar het geheim van Leeuwarden en de moeilijke beslissingen die Leeuwarden nog te wachten staan wil de geboekte winst echt beklijven. Daarmee is Welzijn Nieuwe Stijl: de eerste vijf jaar een boekje geworden waar iedereen die nu in Nederland met de introductie van sociale wijkteams bezig is (en dat is inmiddels in elke gemeente het geval), zijn voordeel mee kan doen.
Het boek is vijftig pagina's dik en is gratis te bestellen via de Dienst Welzijn van de gemeente Leeuwarden. Stuur een mail naar: s.dijkstra@leeuwarden.nl |